“Bediencentrale, goedemiddag.” De stem van een schipper schalt door de rustige ruimte. "Ik lig bij de sluis. Al wel een tijdje hoor.” De brugwachters van provincie Flevoland komen je graag tegemoet, vanaf het andere einde van een digitaal kanaal. Vroeger fietste bedienmedewerker Rita Kwakman in alle rust van Vollenhove naar de Marknessersluis. Daar zag ze het water, hoorde ze de vogels fluiten en rook ze de bloeiende bloemen.
Op dezelfde manier
Tegenwoordig manoeuvreert Rita zich over zwetend asfalt door het drukke stadsverkeer. Richting de tweede verdieping van het provinciehuis, waar haar collega Marten aandachtig naar een hele serie voortstromende beelden staart. “Hoi. Even kijken hoor. Wat die mensen gaan doen. Of ik de brug ook moet openen.” 20 seconden later weet Marten genoeg. “Ze maken verder geen aanstalten, dus ik zal ze helpen.” Hij grijpt naar zijn joystick. “Dit is de Marknessersluis, maar ik moet ook de Urkersluis nog sluiten. Die wordt weer op een heel andere manier bediend. Gelukkig gaat dat straks allemaal op dezelfde manier. Daarom zijn we ook blij met het groot onderhoud dat gaat komen. Het Groot Onderhoud Bruggen en Sluizen.”
Collega’s
Rita slaat haar collega met een glimlach gade. Ze geniet van het gezelschap op de bediencentrale. Nu wel. “Toen ik hier begon, zag ik erg tegen die verandering op,” bekent ze. Een uur heen en een uur terug met de auto… Bovendien ben ik iemand die best graag alleen is. Maar inmiddels vind ik het fijn om collega’s te hebben. Op de Marknessersluis sprak je elkaar alleen via de telefoon. Hier in het provinciehuis kun je echt met elkaar praten, je kunt je kennis delen met anderen. ’s Morgens tegen zessen meldt de eerste brugwachter zich aan de monitor en even na tien uur ’s avonds valt de deur van de bediencentrale weer in het slot. “De sluizen zijn dus van vroeg op de dag tot later op de avond geopend,” vertelt Rita. “Die tijden kenden we hier in de omgeving al, maar voor de Noordoostpolder was deze regeling nog nieuw.”
Ongelukken
Ondertussen schakelen haar collega’s nog steeds heen en weer tussen de vijftien sluizen op het scherm. “Die man van daarnet he, die er al even lag…,” merkt één van hen op. “Ik heb het even nagekeken, maar hij heeft zich nog niet zo lang geleden pas aangemeld.” Tja, wachten duurt lang. En trouwens, er gaat ook wel eens iets mis. Hoe groot de schermen ook zijn en hoe breed de sluis ook is, een ongeluk zit vaak in een klein hoekje. Natuurlijk, knikt Rita. “Maar daar verandert een brugwachter ter plaatse niet zo veel aan. Het is wel zo dat je op de brug direct contact kunt maken met de schipper en goed ziet wat er daadwerkelijk gebeurt. En toch: toen we nog wel op de locaties zaten, gebeurden er ook wel eens vervelende dingen.”
Zwart scherm
Rita neemt een laatste slok thee. Twee voor twee. Het is tijd om aan het werk te gaan. Ze schuift achter de computer. “We kijken eerst altijd naar een zwart scherm. Pas als iemand zich aanmeldt, krijgen we iets te zien,” legt ze uit. Even later is het stil aan de andere kant van de tafel. Volle kracht vooruit.